Paul Brandjes en Victor Salman verliezen hun grote rechtszaak tegen ex-wethouders in Noordwijk
Roald Dahl spreekt van ‘Rotbeesten’, de Krokodillen, Miereneters en andere roofdieren die erop uit zijn om anderen kwaad te doen. M’n kinderen genoten ervan bij het voorlezen en ik moet er even aan terugdenken.
Ex-wethouders Hans Bakker, Gerben van Duin, Ton van Rijnberk, ex-ambtenaar Ger Oostermeijer en ex-raadslid Taetske Visser-Danser zijn op 12 maart 2025, na drie jaar procederen, door de rechtbank Den Haag in het gelijk gesteld in twee aan elkaar gelieerde zaken.
Ten eerste is de aanklacht van Paul Brandjes en Victor Salman verworpen over het ‘Ondermijningsdocument’ dat op deze site het Rapport Rijpstra-Oostermeijer heette, naar de opdrachtgever ex-burgemeester Jan Rijpstra en de maker Ger Oostermeijer. Hij interviewde de gedaagde ex-wethouders Ruimtelijke ordening van Noordwijk en putte uit krantenartikelen en eerder opgestelde rapporten.
Ten tweede won het vijftal de door hen tegen de gemeente Noordwijk aangespannen zaak omdat die weigerde om de kosten van juridische bijstand van de betrokken oud-bestuurders en de oud-ambtenaar te vergoeden. Burgemeester Wendy Verkleij weigerde dit. Het vonnis vormt ook jurisprudentie voor toekomstige zaken waarin (gemeente)bestuurders. Ze kunnen niet zomaar privé op hoge kosten worden gejaagd voor zaken tegen hun functioneren gedurende de ambtsperiode.
Openbaarmaking en vervolgens beledigd
Het verloop van deze zaak was al curieus. Eerste eiste Victor Salman in 2021 via een WOB-procedure openbaarmaking van het rapport over ondermijning van de lokale democratie in Noordwijk. Dat was een intern document opgesteld als waarschuwing voor de opvolger van Rijpstra. Salman wist van het rapport, maar er is geen enkele aanwijzing dat zijn vriendin die in dienst van de gemeente werkt als juriste, hem daarover had verteld.
Conclusie van dat rapport: “In de afgelopen jaren is het besturen van de gemeente Noordwijk systematisch bemoeilijkt, of zelf nagenoeg onmogelijk gemaakt door uitingen van smaad, laster en andere aantijgingen die het college van burgemeester en wethouders als geheel troffen, maar ook individuele collegeleden en kritische raadsleden die de integriteit in het gemeentebestuur ter discussie stelden. Daarmee werd de democratie in het lokaal bestuur van Noordwijk ernstig ondermijnd.”
Na de openbaarmaking waren Salman, Brandjes gekrenkt door de inhoud en begonnen een rechtszaak. Ze deden dat namens een ‘collectief’ van Andries de Boer, Hans van Egmond, Els van Egmond, Lenie Scholten-Droog, Paul Taverne, Henk Hoogervorst, Jan de Ridder en Gerard Duijndam en Hans Stol. De meesten van hen zetelden namens VVD en CDA in de gemeenteraad van Noordwijk.
Vervolgens begon een hele strijd over de vraag of ex-burgemeester Jan Rijpstra al dan niet de opdracht had verstrekt. Hij was daarin zelf een jojo door afwisselend wel en niet duidelijk verantwoordelijkheid te nemen, met als achtergrond de juridische kosten die hij zou moeten dragen. Wendy Verkleij dreigde hem aansprakelijk te stellen voor de ontstane ellende en de volledige rekening bij hem neer te leggen. De rechter stelt onmiskenbaar dat het document in opdracht van Rijpstra tot stand gekomen is. En de gemeente most zelf betalen.
Het collectief aangevoerd door Brandjes en Victor Salman vindt dat document onrechtmatig, en eiste bij de rechtbank schadevergoeding en een verbod op verdere publicatie ondanks de openbaarmaking op hun verzoek. Advocaat was Matthijs Kaaks van bureau Boekx.
De rechtbank wijst de vorderingen van Victor Silvester Jeron Maria Salman en Paul Louis Maria Brandjes, beide wonende te Noordwijk, af op grond van de ‘vrijheid van meningsuiting’. Het wordt dus beschouwd als opinievorming door de gemeente die daarin vrij is. Te meer daar, zo betoogden Christiaan Alberdingk Thijm van bureau Brandeis namens Bakker, Van Duin en Oostermeijer, Olivier van Hardenbroek namens Van Rijnberk en Jan Dekker van Teekens Karstens namens Visser–Danser, er een maatschappelijk belang is gediend met het bestrijden van integriteitsschendingen en ondermijning van de lokale democratie.
Die vrijheid van meningsuiting van gedaagden weegt zwaarder dan de vastgestelde inbreuk op de eer en goede naam en op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer van de eisers. Alberdingk Thijm: “In deze rechtszaak is het recht aangewend om de lokale politiek verder te ondermijnen. Dit is in Nederland volstrekt ongekend. Hopelijk krijgt deze uitspraak ook de aandacht van de provincie en Den Haag.”
Voorafgaand aan de uiteindelijke rechtszitting in september 2024 onderging het vijftal aangeklaagden in december 2021 een reeks van getuigenverhoren voor de rechtbank en werd de computer van een van de gedaagden in beslag genomen. Betrokkenen menen dat ze vergaand geïntimideerd zijn, met bedenkelijke inbreng van lokaal krantje De Noordwijker en scribent Wim Siemerink die ook onder pseudoniem ‘Binder’ publiceert.
Visser-Danser: “Ik ben als raadslid gedagvaard op grond van twee e-mails, openbaar gemaakt door het Noordwijkse college van B&W, van welgeteld 6 en 4 regels. De burgemeester heeft mij gedurende de afgelopen drie jaar aan mijn lot overgelaten, dat is zorgelijk. Want wie wil er in deze wetenschap nog raadslid worden?”
Zie ook de achtergrond bij Omroep Bollenstreek en vraaggesprekje met Visser-Danser.